Binnen 50 aardgasvrij proeftuinen in Nederland wordt gewerkt aan het aardgasvrij maken van een woonwijk, dorp of buurt. Tussen 2018 en 2022 wordt door het hele land ervaring opgedaan. Hoe pak je dat aan, een wijk aardgasvrij maken? In de rubriek ‘PAW in de praktijk’ zoeken ze naar antwoorden. Deze keer een interview met Richard van As-Jacobson. Projectleider van het project Stad Aardgasvrij.
Veiliger dan aardgas
Om te verzekeren dat een lokaal waterstofnet veiligheid en leveringszekerheid kan waarborgen, werkt Stad Aardgasvrij met adviesbureau DNV, ministeries en toezichthouders aan een Taak Risico Analyse (TRA). “Met elkaar onderzoeken wat er precies voor nodig is om ervoor te zorgen dat het bij de mensen thuis altijd warm is. Hoeveel waterstof moeten we dan produceren? Hoe slaan we dat op? Wie is daarvoor verantwoordelijk? Wie gaat daar toezicht op houden en hoe vaak?”
Op het gebied van veiligheid werkt de projectgroep onder regie van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat aan een tijdelijk beleidskader voor waterstof in de gebouwde omgeving. Onlangs leverde de projectgroep haar input hiervoor aan het ministerie. “Uitgangspunt is dat het gebruik van waterstof op ieder onderdeel minimaal zo veilig moet zijn als aardgas. Maar we gaan het nog veiliger doen dan met aardgas gebeurt”, verzekert Van As-Jacobsson. “Ten opzichte van aardgas heeft waterstof het voordeel dat er bij verbranding geen koolmonoxide vrijkomt. Jaarlijks overlijdt een aantal mensen door koolmonoxidevergiftiging. Op dit vlak is waterstof veiliger dan aardgas. Daarnaast voegen we aan waterstof – net als bij aardgas – een geurstof toe om ervoor te zorgen dat je het ruikt.
Binnen de woning wordt het verder veiliger omdat we het risico op vrije uitstroom verkleinen. De waterstof komt alleen nog in de meter en de cv-ketel en wordt niet meer naar andere apparaten geleid zoals een kookplaat of sierhaard. Om risico’s nog verder te minimaliseren, kunnen we dagelijks een lektest doen om kleine lekken op te sporen. Dit kan door bijvoorbeeld ’s nachts een klep te sluiten waarna de druk in de achterliggende leiding gemeten wordt. Als er druk wegvalt, is er blijkbaar een lek. Dan wordt de waterstofvoorziening gestopt tot de lekkage door een installateur verholpen is. Met een proefopstelling hebben we inmiddels aan kunnen tonen dat dit mogelijk is en deze oplossingsrichting is akkoord bevonden in de Taak Risico Analyse.”
Lees het volledige interview met projectleider Richard van As-Jacobson op https://www.aardgasvrijewijken.nl/nieuws/2074963.aspx?t=PAW-in-de-praktijk-Stad-aan-%E2%80%99t-Haringvliet